Gevolg 1: Verlies van kennis en expertise
Veel organisaties worstelen met de vraag hoe ze om moeten gaan met het verlies van kennis en expertise wanneer hun oudere en ervaren medewerkers pensioneren. Organisaties lopen over het algemeen tegen de volgende problemen aan rondom kennisverlies:
- Kennis van de pensionado belandt achter gesloten deuren ‘op de plank’, omdat er nog geen vervanger is.
- Kennisuitwisseling tussen verschillende generaties op de werkvloer is lastig.
- Er ontstaan hoge kosten voor het inhuren van externe kennis, omdat deze intern ontbreekt.
Het kennishiaat dat ontstaat door vergrijzing moet dus gedicht worden, terwijl organisaties ook moeten investeren in het vergroten van de instroom van nieuw technisch personeel. Dat kan druk opleveren voor teamleiders, afdelingshoofden, management en HR.
Gevolg 2: Meer ziekteverzuim
Wanneer werknemers ouder worden, wordt de kans op langer en vaker verzuim ook groter. De kosten die dat verzuim en mindere productiviteit meenemen zullen de komende jaren dus toenemen bij organisaties die niet investeren in vitaliteit. De oorzaken van langdurig ziekteverzuim verschillen per levensfase. Hoewel oudere werknemers gemiddeld gezien niet per se vaker ziek zijn dan jongeren, neemt gemiddeld de duur van het verzuim wel toe naarmate de leeftijd stijgt. Tot het 45e levensjaar wordt het meeste langdurige verzuim veroorzaakt door psychische aandoeningen, na het 45e levensjaar verschuift de oorzaak vooral naar fysieke klachten rondom bijvoorbeeld het bewegingsapparaat of hartklachten. Veel oorzaken van de klachten blijken leefstijl gerelateerd te zijn, denk aan een gebrek aan beweging, ongezonde voeding of stress. Iets waar werkgevers met vitaliteitsprogramma’s bij kunnen ondersteunen.
Gevolg 3: Productiviteitsverlies
Een verminderde gezondheid en langer ziekteverzuim heeft direct invloed op het derde gevolg van vergrijzing van technisch personeel: productiviteitsverlies. Gemiddeld gezien is de productiviteit van een oudere medewerker lager dan die van een jongere collega. Wanneer er sprake is van fysieke arbeid is het verschil groter dan in het geval van kenniswerk. Daarom is het belangrijk dat de fysieke en mentale belastbaarheid van functies blijven aansluiten op de uitvoerende medewerker. Matcht dit nog wel? Heeft de medewerker het gevoel alles uit zijn/haar dag te halen? Wordt de werkdruk niet te hoog?
CZ somde de 6 grootste effecten van vergrijzing op:
- Meer kans op krachtverlies.
- Meer kans op stijfheid in gewrichten.
- Meer zicht- en gehoorproblemen.
- Meer kans op ziekten.
- Meer kans op leefstijlissues.
- Meer kans op een lager energieniveau.
Dit betekent natuurlijk niet dat iedere oudere medewerker met al deze klachten te maken heeft of productiviteitsverlies heeft. Wat het wel laat zien is dat over het algemeen de productiviteit afneemt naarmate we ouder worden. Dat is niet iets waar we niks aan kunnen doen. Er zijn manieren om met vergrijzing om te gaan en de nadelige effecten op je personeel en organisatie te verminderen.
Duurzame inzetbaarheid om de effecten van vergrijzing te verminderen
De eerste stap is het inzichtelijk krijgen van de vergrijzing van je personeelsbestand. Je kunt hier ook onze strategische recruitmentplanner voor gebruiken. Als je inzichtelijk hebt hoe je personeelsbestand eruitziet, kun je knelpunten ontdekken. Vervolgens kun je inzetten op duurzame inzetbaarheid door bijvoorbeeld:
- In te zetten op vitaliteitsprogramma’s om je medewerkers vitaal, gemotiveerd en productief te houden zoals gezonde voeding en beweegprogramma’s.
- Maatregelen te nemen om werken minder belastend te maken door bijvoorbeeld afwisseling in werk te vergroten of taakbelasting te verminderen.
- Flexibele werktijden mogelijk te maken en medewerkers minder of andere uren te laten werken. Denk aan flexibel inroosteren, vrijstellen van onregelmatige diensten of een hersteldag aan te bieden na een belastende werkdag.